Terug naar vorige pagina

Een speld I.


Een speld.

Is een speld groot?
Nee, natuurlijk niet, een speld is klein.

Is dat niet omdat je zelf zo groot bent?
Ja natuurlijk, als je kleiner zou zijn zou de speld groter lijken.

Lijken of zijn?
Nou, lijken natuurlijk, we stelden toch dat je zelf kleiner was?

Ja, oké. Maar als je zelf niet kleiner was geworden, maar de speld groter, zou de speld ook groter lijken.
Nee, groter zijn.

Ja ja, gelijk heb je. Maar als ik je dat niet had verteld, zou je het verschil dan ergens aan kunnen vaststellen?
Nou, aan de kamer bijvoorbeeld, waarin jij je met die speld bevindt. Die is nog steeds even groot.

Is dat het enige waaraan je het verschil ziet? Aan die kamer, de omgeving?
Ja, dat denk ik wel.

Maar je weet dus eigenlijk niet zeker of de kamer niet stiekem ook groter is geworden. Dan zou je toch mooi denken dat je zelf kleiner was geworden?
Nou, je draaft wel door, maar goed, ik denk met je mee. Ik ga er even van uit dat ik bijvoorbeeld net zo lang ben geworden als de speld. Als ik dan de speld nauwelijks op kon tillen zou ik wel een vermoeden krijgen. Dan zou ik al gauw concluderen dat ik niet klein, maar de speld en de kamer groot waren geworden. Een speld van mijn lengte en gewone speldenproporties weegt al gauw zo'n 100 kilo.

(200cm . 10cm . 10cm = 20 dm3 bij een soortelijk gewicht van 7,5 = 150 kg)

Hoezo. Als je klein was geworden zou je dat toch ook niet lukken?
Ja hoor. Kijk maar naar de mieren. Die rennen er zo vandoor met een stuk ijzer van hun eigen afmetingen. Moet jij maar eens proberen!

Goh. Dat is slim van je. Maar komt dat er niet op neer dat de grootte van de speld nog steeds wordt afgemeten aan de omgeving? Eerst had je die kamer nodig om je eruit te redden, en nu mijn spierkracht waarmee ik al dan niet in staat ben die speld van de vloer te krijgen. Als je mij wegdenkt kom je er toch niet meer uit?
Nou, ik had die kamer en jou al niet echt meer nodig. Ik vergeleek niet jouw grootte met die van de speld, maar jouw kracht met het gewicht van de speld. Maar ik kan het net zo goed over de kracht of sterkte van de speld zelf hebben.

Nou, ik geef toe dat het een raar idee is dat als ik en de speld allebei klein zijn ik er zo mee wegloop, maar dat ik de speld niet kan verslepen als we allebei groot zijn. Maar ik zie niet in hoe de sterkte van de speld iets kan zeggen over de grootte.
Je moet eens leren in extremen te denken. Alleen al het feit dat die speld een speld is bewijst dat-ie klein is.

Hoezo? Geef me een grote hoop ijzer en ik maak er een grote speld van.
Ja hoor. Van een meter. Of tien. Met honderd meter begint ie bij eventueel optillen al door te buigen, en nog wat groter begint je speld zich zelfs af te ronden onder z'n eigen zwaartekracht. Bij een tonnetje of wat zie jij niet meer of het ooit je speld was of dat het altijd al een fietskogeltje is geweest. Ik ken geen materiële voorwerpen groter dan de maan die niet bolvormig zijn.

Ja, je had het over de sterkte en de grootte, en nu begin je ineens over de zwaartekracht. Daar hielden we eerst ook geen rekening mee.
Nee. Maar het feit dat we daar bij jouw speld met fietskogelneigingen wel rekening mee moeten houden bewijst dat ie groot is.

Ja, groot, wat is groot. Groot is toch een relatief begrip?
Ja, dat wel, maar dan relatief niet alleen ten opzichte van andere voorwerpen, maar ook ten opzichte van een groter geheel. En dan hoef ik dus niet aan puur materiële zaken, zoals desnoods de lengte gemeten in aantal atomen te denken. Denk bijvoorbeeld aan natuurverschijnselen als zwaartekracht en materiaalsterkte. Denk maar weer aan die even grote speld die je in het ene geval wel en in het andere niet kunt verslepen.

Hoezo, een groter geheel? Heeft dat er wel mee te maken? Dan kom je toch uiteindelijk weer bij het zelfde probleem uit? Stel ik ben een kwart van een groter geheel. Als we beide klein zijn dan ...
Ja, misschien heb je gelijk. Maar ik vermoed dat er zich bij heel grote grote gehelen rare verschijnselen gaan optreden. Dat er een soort absoluut grootste groot geheel is of zo, of zelfs een absolute grootte van een grootste groot geheel. Misschien gaan er zich wel limietverschijnselen voordoen. Maar ik geef toe, voorlopig blijf ik het antwoord ook nog even schuldig.

Blij toe. Ik dacht al dat je er steeds onderuit glipte.

Copyright © 2003 Hans de Jong, all rights reserved

Vervolg ⇒ Zwart gat van buitenaf